Ik speel het niet, ik bén ridder

‘Je krijgt wat je verdient’

Een 50 meter lang kasteelschip zie je niet elke dag in Tolkamer. Maar zelfbenoemd ridder Lenny is misschien nog wel de grootste bezienswaardigheid op de tot burcht omgebouwde zandschuit.

Hij ziet er guitig uit in zijn groene leren puntlaarsjes en vergeeld linnen pak. Op zijn hoofd prijkt een bruin punthoedje met een veer. Lenny Vries (72), alias Ridder Lenny, is een paradijsvogel. Dat weet hij zelf ook wel. Sterker nog: hij wíl speciaal zijn, anders dan anderen.

Lenny is geboren in Suriname en kwam in 1969 naar Nederland. Hij weet nog goed dat hij vroeger vlotten maakte van bananenbomen en zich mee liet voeren op de stroom van de rivier. Hij heeft ook altijd iets met ridders gehad. ,,Het is niet iets wat ik speel. Ik ben ridder. Ik heb me als kind altijd al ridder gevoeld. Ik ben trots, ik heb respect voor anderen en ga voor de eer.”

Het kasteelmuseum is zijn drijvende droom. Zeventien jaar geleden, tijdens Sail Amsterdam, toonde hij zijn creatie ‘Vlotburg’ voor het eerst aan het publiek. Sindsdien legt hij aan in binnen- en buitenland. Tot eind augustus ligt hij aangemeerd in Tolkamer, samen met zijn levenspartner Christel. Het museumschip maakt deel uit van de festiviteiten rondom ‘800 jaar tol’, waarbij wordt gevierd dat de graven van Gelre in 1222 voor het eerst tolheffing invoerden op de Rijn.

Bijna alles op de boot heeft Lenny zelf gemaakt: zwaarden, hellebaarden, martelwerktuigen. Zelfs zijn kleren heeft hij zelf genaaid. Hij wijst naar zijn knoopsgaten. ,,Weet je hoeveel werk dat heeft gekost? Ik had ook iets kunnen kopen in een winkel zoals iedereen doet, maar hier ben ik heel zuinig op.”

In de middeleeuwse martelkamer benedendeks heeft hij een pijnbank en een ondervragingsstoel met afschrikwekkende scherpe punten gefabriceerd. Rechts daarvan hangen poppen die bij hun nek zijn opgeknoopt. Even verderop staat ook nog een wurgpaal. ,,Hier laat ik de onderdrukking van de mens zien. Het is heel triest wat mensen elkaar allemaal aandeden en nog steeds aandoen.”

Lenny is een spraakwaterval. Wie goed naar hem luistert hoort mooie levenslessen. Een belangrijke moraal die hij zijn bezoekers wil meegeven: durf jezelf te zijn. ,,Ik ben dit schip gaan bouwen om me te onderscheiden van doorsnee mensen. Veel mensen kunnen zichzelf niet zijn. Ze kopiëren elkaar en doen elkaar na in ‘hoe het hoort’. Daar raak je gestrest van. Ik wel. Veel mensen worden geleefd. Ik wil tegen kinderen en ouders zeggen: maak je dromen waar.”

Lenny heeft moeite met de huidige tijd. ,,Alles is zo vluchtig, zo oppervlakkig. In de middeleeuwen moest je mensen leren kennen, rustig aftasten om te zien met wie je te maken had.” Tegelijkertijd zou hij niet terug willen naar toen. ,,We leven in een fantastische tijd. Als ridder zou ik personeel hebben om mijn eten te maken, nu zet ik mijn eten in de magnetron en is het zo klaar.”

,,En we moeten het niet romantiseren. Als ik ridder zou zijn in een niet-adellijke familie dan zou ik een klootjesmens zijn. Nu ben ik onafhankelijk van anderen, ik maak mooie dingen. We leven in het walhalla vandaag de dag. Ik kan mijn eigen ding doen, daar ben ik dankbaar voor. Ik wil tegen mensen zeggen: ga niet met alle hypes mee. Je kunt heel veel waarmaken als je tegen de stroom ingaat.”

Uit de Gelderlander van 30 juni 2022 Anneke Liebrand Tolkamer
Foto: Jan Ruland van den Brink